Terugblik op Doc-Direkt Café: het einde van de medewerker DIV?

Heeft de medewerker Documentaire informatievoorziening (DIV) nog toekomst? Met die vraag opende Jeroen Jonkers, adviseur in het vakgebied van DIV, het Doc-Direkt café van 18 mei jl. Een interessante vraag omdat het vak nogal ingrijpend verandert. Betekent dat inderdaad het einde van de DIV-medewerker of vraagt de functie vooral andere kennis en vaardigheden om op deze verandering in te kunnen spelen?

Doc-Direktcafé mei 2017

Jonkers deelt zijn zienswijze over de beste manier om ook in de toekomst de klant optimaal te kunnen bedienen. Het registratiewerk verdwijnt voor een groot gedeelte en organisaties maken in plaats daarvan steeds meer gebruik van webformulieren. Uitvoerend dossierwerk gaat in hoge mate verdwijnen en advieswerk verschuift inhoudelijk naar informatiemanagement. Verder zetten organisaties in op risicomanagement: ze gaan na waar zij het meeste risico lopen, zetten juist hier controle op in en laten de minder risicovolle processen voor wat ze zijn. Dat leidt dan echter weer tot het risico dat in de toekomst sommige zaken misschien niet volledig meer te reconstrueren zijn voor bijvoorbeeld onderzoek en daar moeten we uiteraard voor waken.

De DIV-functie   

De functie van DIV zal zich steeds meer richten op een viertal aspecten: functioneel beheer, proces- en informatieanalyse, projectmanagement en informatiebeheer. Bij functioneel beheer ligt de nadruk op de functie van configuratiemanager, applicatiebeheer en gebruikersondersteuning. Bij het analyseren van informatie kun je denken aan de rol van informatiearchitect en bij projectmanagement gaat het om de rollen van projectleiding en – ondersteuning. Informatiebeheer richt zich met name op de functies van Recordmanagement, de DIV-adviseur en medewerker informatiebeheer.

Wat kan jij morgen doen voor overmorgen?

“Wat kan jij morgen doen voor de functie en de taken van overmorgen?”  Met deze prikkelende vraag spraken de aanwezigen eerst in groepjes en daarna plenair over wat medewerkers DIV nu al kunnen doen om hun functie of taken gericht op de toekomst in te vullen. Onder het genot van een drankje en hapje kwam een levendige discussie op gang over de suggesties die naar voren zijn gebracht. Enkele suggesties waren het volgen van opleidingen of het intensief benaderen van klanten (of juist niet). De bijeenkomst heeft er in ieder geval toe geleid dat de aanwezigen over de invulling van de DIV-functie in de toekomst met elkaar in gesprek zijn geraakt en zijn gaan nadenken over de wijze waarop we de klant kunnen blijven ontzorgen.